datum/tijd | evenement |
---|---|
Focas van Sinope (ook de Hovenier), Helenopontus (= aan de noordkust van het huidige Turkije); hovenier & martelaar; † 303. Afbeelding H. Focas van Sinope
Rechts: Focas (met schop); links: Gorgonius.
18e eeuw, drijfwerk op reliekschrijn. België, Hoegaarden. St-Gorgonius. Feest 5 maart. Focas woonde in Sinope aan de monding van de Istme die uitstroomt in de Zwarte Zee. Daar had hij een eenvoudig huisje bij de stadspoort. Hij leefde van wat zijn tuin hem opbracht. Hoe eenvoudig zijn woning ook was, hij bood vreemdelingen en reizigers een gastvrij onderdak. Hij was christen. Dat wist iedereen. Maar toen de vervolgingen uitbraken onder Diocletianus (284-305) en er een prijs werd gezet op het hoofd van iedere christen die werd aangebracht, was er ook in zijn geval wel een judas te vinden die bereid was hem voor goed geld bij de overheid te verraden. De autoriteiten hoorden over zijn voorbeeldig leven en besloten hem zonder enige vorm van proces of ophef om het leven te brengen. Hoe meer bekendheid aan de zaak gegeven zou worden, hoe meer onrust. Dus werden er twee ambtenaren op uit gestuurd met de bevoegdheid de arrestant onmiddellijk te doden. Deze twee kwamen tegen de avond in Sinope aan. In een eenvoudige woning dichtbij de stadspoort vonden zij een gastvrij onthaal. De gastheer zette hun voor wat hij van zijn tuintje wist te halen, en begon een praatje. Onwetend van het feit dat zij met hun slachtoffer spraken, vertelden de twee vrijmoedig over het doel van hun komst en vroegen hun gastheer of hij eventueel aanwijzingen kon geven om de gehate verdachte te vinden. Focas beloofde het. Maar stelde voor dat ze eerst zouden genieten van een welverdiende nachtrust. Morgen zouden ze verder praten. Die nacht dolf Focas een graf in zijn tuin. De volgende ochtend serveerde hij zijn gasten een stevig ontbijt, ging vóór hen staan en zei: “De man die jullie zoeken, heb ik gevonden. Hij staat hier vóór je. Ik ben het zelf. Doe wat je is opgedragen en dood mij.” Verbijsterd keken de beide ambtenaren elkaar aan. Ze konden deze aardige man toch niet ombrengen? Iemand bij wie ze nota bene gastvrijheid hadden genoten! Maar Focas bleef er bij hen op aandringen: “Als jullie je opdracht niet volbrengen, zul je er zelf last mee krijgen. Alstublieft, doe waarvoor u gekomen bent. Laat de verantwoordelijkheid voor deze misdaad neerkomen op het hoofd van degenen die er het bevel toe gaven.” Zo komt het dat Focas de marteldood stierf en – zoals Sint Asterius het zegt in een van zijn preken – zo rolde zijn kop onder hun zwaard. Verering & Cultuur Patronaten |
|
![]() |
Powered by Events Manager